Wat je moet weten
Het auteursrecht is van toepassing op teksten, afbeeldingen, films, muziek en andere werken van wetenschap of kunst. Voor het verkrijgen van het auteursrecht hoeft de maker niets te doen.
Op basis van het auteursrecht bepaalt de maker hoe, waar en wanneer hij zijn werk openbaar maakt en verveelvoudigt. Deze zogenaamde exploitatierechten zijn tot 70 jaar na het overlijden van de maker van kracht of, als de maker een rechtspersoon is, tot 70 jaar na de eerste openbaarmaking van het werk. Bij het overlijden gaan de exploitatierechten over op de erfgenamen. De exploitatie van een werk is overdraagbaar, bijvoorbeeld aan een uitgever.
Gebruik van andermans werk
Wil je gebruikmaken van auteursrechtelijk beschermd werk, dan is er toestemming van de rechthebbende nodig. Daar zijn twee uitzonderingen op. Zo mag je zonder toestemming van de maker een kopie van het werk maken. Deze privé-kopie is niet bedoeld om te delen of onder studenten te verspreiden. Van software mag je geen privé-kopie maken, tenzij de maker dat expliciet toestaat.
Je mag, óók zonder toestemming, uit andermans werk citeren of parafraseren in lesmateriaal. Met een citaat neem je een klein deel letterlijk over. In een parafrase dien je de strekking van andermans werk correct te verwoorden. Daarnaast moet het citaat of de parafrase de inhoud van het lesmateriaal ondersteunen en de omvang dient in verhouding te staan tot het doel. Deze voorwaarden gelden zowel in teksten als in een PowerPoint, een video of ander lesmateriaal zoals webcolleges, zie: Video in onderwijs.

Hergebruik van andermans werk
Onder hergebruik wordt onder andere het ongewijzigd delen en verspreiden van werk van anderen begrepen. Binnen niet-commercieel onderwijs mag je op basis van de onderwijsexceptie (delen van) een werk hergebruiken, bijvoorbeeld door het beschikbaar te stellen aan studenten binnen een beveiligde elektronische (leer)omgeving. Daarbij gelden de volgende voorwaarden: het werk moet op legale wijze openbaar zijn gemaakt, het mag niet worden gewijzigd en voor de overname dient een vergoeding betaald te worden.
Het hergebruik op basis van deze onderwijsexceptie is door de UvA voor auteursrechtelijk beschermde teksten (artikelen, delen van boeken) deels afgekocht, zie het stappenplan Hergebruik voor onderwijs en de pagina over het overnemen van publicaties in geprinte readers of in Canvas. Er is geen vergelijkbare afkoopregeling voor het hergebruik van audiovisueel materiaal, zoals muziek of films. Muziek, films, muziek, et cetera mogen wel, onder voorwaarden en binnen een beveiligde elektronische (leer)omgeving, tijdens (online) colleges worden vertoond. Op Vuistregels voor het gebruik van beeld en geluid valt na te gaan wat er binnen het onderwijs toch mogelijk is en wanneer je een collectieve beheersorganisatie, zoals Buma/Stemra, Pictoright, of Videma, moet benaderen. Lees meer over auteursrecht en audiovisueel materiaal.
Andere werken kun je soms ook zonder toestemming hergebruiken. Dat geldt, uiteraard, voor werken waarvan het auteursrecht is verlopen en voor recentere werken die met een Creative Commons (CC) licentie zijn gepubliceerd. Met een CC-licentie ziet de maker af van bepaalde auteursrechten. In dat geval is niet-commercieel hergebruik, waaronder het delen met studenten, mogelijk. Er zijn verschillende licenties, zie: Uitleg bij de Creative Commons-licenties.
Bronvermelding
Bij (her)gebruik van andermans werk ben je altijd verplicht een bronvermelding te geven. Goede bronvermelding maakt dat deze werken traceerbaar zijn. De manier waarop de bronnen worden vermeld, is afhankelijk van de opleiding. Citatiesoftware automatiseert het beschrijven van bronnen in een specifieke stijl. De UvA ondersteunt verschillende citatiemanagers, zie: Citeren en Bronvermelden.
Eigen lesmateriaal
Het auteursrecht van lesmateriaal dat je maakt, ligt bij de werkgever. Het openbaar maken van dit lesmateriaal, al dan niet via een CC-licentie, behoeft toestemming van de UvA. Voor meer informatie over (het delen van) lesmateriaal, zie: Online leermiddelen. Je kunt bij het samenstellen van lesmateriaal gebruikmaken van de Huisstijl van de UvA.
Bevat het lesmateriaal zelfgemaakt beeldmateriaal waarop een persoon herkenbaar is afgebeeld? Dan kan de geportretteerde zich beroepen op het portretrecht. Als maker heb je weliswaar het auteursrecht op dit beeldmateriaal maar je mag het niet publiceren als de geportretteerde daartegen bezwaar maakt. Het wordt aangeraden om de geportretteerde(n) een akkoordverklaring voor het publiceren van de afbeelding te laten ondertekenen, zie: Beeld >> Portretrecht.