Voor de beste ervaring schakelt u JavaScript in en gebruikt u een moderne browser!
Je gebruikt een niet-ondersteunde browser. Deze site kan er anders uitzien dan je verwacht.
Zowel de bacheloropleidingen als de masteropleidingen aan de UvA hebben dit jaar fors meer eerstejaars, respectievelijk 17% en 19%. Het totale aantal studenten aan de UvA neemt met 10% toe, van 35.511 naar 39.051. De toename is zowel onder Nederlandse als buitenlandse studenten. Er zijn verschillende mogelijke verklaringen voor de forse stijging, maar deze houden allemaal verband met de coronacrisis.
Instroom 2020-2021
EI: Eerstejaars Instelling (studenten die zich voor het eerst aan de UvA inschreven; exclusief ‘switchers’ en schakelstudenten) EOI: Eerstejaars Opleiding Instelling (studenten die zich voor het eerst bij een specifieke opleiding inschreven; inclusief studenten die bachelor aan UvA deden)

Het gaat om de voorlopige cijfers per 17 oktober 2020. In februari 2021 zijn de definitieve cijfers bekend. Het beeld aan de UvA sluit aan bij dat van de andere Nederlandse universiteiten en de universiteiten in de ons omringende landen. Het totale aantal ingeschreven studenten aan de UvA neemt iets meer toe dan het landelijk gemiddelde: 10% tegenover 8%.

Bachelorinstroom

Het aantal eerstejaars bij de bacheloropleidingen stijgt van 6.434  naar 7.450, een verschil van +17%. De toename is het grootst bij de Faculteit der Maatschappij- en Gedragswetenschappen (FMG), Faculteit Economie en Bedrijfskunde (FEB) en de Faculteit der Rechtsgeleerdheid), respectievelijk +27%, +25% en +20%.  De bachelorinstroom bij de Faculteit der Geesteswetenschappen (FGw) neemt met 11% toe en bij de Faculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica (FNWI) zijn er overall 8% meer eerstejaars.

Van de nieuwe bachelorstudenten komen er 5.110 uit Nederland en 2.430 is internationaal. Vorig jaar waren er 2.083 nieuwe internationale bachelorstudenten, een toename dus van 17%. Het merendeel van de internationale studenten komt uit de Europese Unie: 1.797. Opvallend daarbinnen is de stijging van het aantal studenten uit Duitsland, van 294 naar 426 (+45%). Van buiten de EU neemt het aantal eerstejaars uit Azië sterk toe: van 263 (vorig jaar) naar 327, een stijging van 24%. De bachelorinstroom vanuit de VS en Canada neemt juist af, van 75 naar 57 (-24%). De verwachting aan het begin van de coronacrisis, dat het aantal buitenlandse studenten sterk zou afnemen, is niet uitgekomen. Bij de FdR zit de toename in het aantal eerstejaars uitsluitend in een toename van het aantal studenten uit Nederland. Bij de FEB is zowel een toename te zien van het aantal Nederlandse als internationale studenten.

Nieuwe masterstudenten

De instroom bij de masters stijgt met 19%: er zijn dit jaar 6.716 nieuwe masterstudenten tegenover 5.662 in 2019. Dit aantal is inclusief de doorstroom van studenten die hun bachelor nog niet volledig hebben afgerond; vanwege de coronasituatie is vorig studiejaar de zogenoemde ‘harde knip’ losgelaten (die inhoudt dat studenten pas aan hun master mogen beginnen na afronding van de bachelor). Bij bijna de helft van de toename van 19% gaat het om studenten die hun bachelor nog niet volledig hebben afgerond. De grootste toename in het aantal masterstudenten is te zien bij de FEB: +41%. De instroom bij FdR, FMG, FNWI en FGw is respectievelijk +21%, +15%, +11% en +9%.

De internationale instroom in de masterfase - exclusief de doorstroom vanuit de bachelors - stijgt met 31%, van 1.121 (vorig jaar) naar 1.472 (dit jaar). De meeste nieuwe masterstudenten komen uit de EU: 1.004. De grootste toenames in absolute zin zijn te zien in de aantallen nieuwe masterstudenten uit China (van 123 naar 200; +63%), het Verenigd Koninkrijk (van 103 naar 150; +46%) en Griekenland (van 52 naar 80; +54%).

Mogelijke verklaringen

Het is lastig de toename in het aantal nieuwe bachelor- en masterstudenten met zekerheid te verklaren, maar duidelijk is dat de coronacrisis een grote rol speelt. Zo nemen minder Nederlandse studenten een tussenjaar (om bijvoorbeeld te reizen), voordat ze aan hun universitaire studie beginnen Ook kunnen de hogere slagingspercentages in het vwo van invloed zijn; door de coronacrisis maakten scholieren vorig schooljaar geen centraal eindexamen.

De stijging in het aantal studenten uit Europa kan komen doordat studenten in de coronasituatie nu liever dichter bij huis willen blijven; reizen binnen de EER blijft relatief makkelijker dan daarbuiten. Ook Nederlandse studenten die van plan waren in het buitenland te gaan studeren, kunnen door corona hun plannen gewijzigd hebben. Voor internationale studenten kan ook de mogelijkheid van het op afstand (online) kunnen studeren in Amsterdam, zonder hoge woonlasten te hebben, een rol spelen. Maar ook het omgekeerde kan gelden: ten tijde van de aanmeld- en inschrijfperiode verliep de bestrijding van het coronavirus in Nederland en Europa voorspoediger dan in sommige andere delen van de wereld en kon onderwijs op fysieke locatie kleinschalig doorgaan. Dit kan aanleiding voor studenten uit andere landen zijn geweest zich aan de UvA in te schrijven en het vertrouwen te hebben dat Nederland een goede bestemming is. De toename van het aantal studenten van buiten Europa, met name uit Azië, kan er ook mee te maken dat deze studenten andere landen zoals de VS momenteel minder aantrekkelijk vinden of dat deze minder goed toegankelijk zijn. Tot slot kan de Brexit een rol spelen, omdat het voor studenten uit de EU minder aantrekkelijk is geworden om in het Verenigd Koninkrijk te gaan studeren.

Totale aantal ingeschrevenen

Het totale aantal ingeschreven studenten aan de UvA is dit studiejaar met 10% gestegen, van 35.511 naar 39.051. De toename is grotendeels toe te schrijven aan een hogere instroom in de bachelor- en masteropleidingen. Daarnaast speelt een rol dat de UvA vorig jaar door de coronacrisis in het laatste semester geen negatief bindend studieadvies (BSA) heeft afgegeven aan studenten. In plaats daarvan kregen studenten een uitgesteld BSA, waarmee ze de mogelijkheid krijgen om het benodigde aantal studiepunten voor de BSA in twee academische jaren te halen. Er zijn hierdoor dus relatief meer tweedejaars studenten aan de UvA dan in voorgaande jaren.